In plaats van foto’s met een verhaal, dit keer een verhaal met een paar foto’s. Ik kwam dit verhaal (uit 2005) net tegen en vond het leuk het te delen. Natuurlijk horen daar een paar foto’s bij.
Aart Jan (mijn man) en ik hadden al een paar jaar reizen gemaakt over de hele wereld, toen we besloten de grote reis met de Transsiberië Express te gaan maken vanuit Rusland.
Eigenlijk de Transmongolië Express, want die gaat via Mongolië naar China en dat sprak ons erg aan.
We waren gewend om zelf alles te boeken. Vaak alleen een vlucht en de eerste slaapplaats en van daaruit zagen we wel verder. Heerlijk, die vrijheid.
Aangezien we geen woord of karakter Russisch, Mongools en Chinees begrijpen, besloten we nu de reis te boeken via een Nederlandse reisorganisatie.
Dat bleek een goede beslissing. Tijdens de treinreis van vijf dagen moesten we veel formulieren invullen, die vaak niet vertaald waren. En het bleek ook erg leuk om ervaringen te delen met andere reislustige Nederlanders. We hebben er zelfs leuke contacten aan over gehouden!
Nadat we een paar dagen ‘op onszelf’ hadden genoten van Sint Petersburg en Moskou, stapten we op de trein naar Beijing. Wat een avontuur!
Smalle bedjes, vergezichten, bijzonder eten, vreemde talen, vieze toiletten, mooie stations. Treinconductrices die ’s nachts ons zorgvuldig opgespaarde vuilnis uit het raam stonden te gooien. Mongoolse handelaren die op elk station hun hele hebben en houden het perron op wierpen en bij het rijden van de trein er nog maar net weer op konden springen.
Ondanks alle vreemde taferelen voelden we ons veilig. Dat neemt natuurlijk niet weg dat we goed op onze waardevolle spullen letten. Die verloren we nooit uit het oog.
Het was geweldig. Maar toch ook weer fijn om na vijf treindagen in Beijing aan te komen.
Daar zaten we in een hotel met een paar andere Nederlanders. We deden niet alles samen; er was genoeg tijd voor eigen initiatieven. De volgende dag zouden we een excursie gaan maken naar de Chinese Muur. Toch handig, dat dat al geregeld was bij die organisatie.
’s Ochtends ontdekten we dat we niet meer zoveel geld hadden. Aart Jan ging een stuk verderop pinnen. Hij kreeg een bonnetje mee, vol Chinese tekens. En cijfers. En wat zagen we tot onze grote verbazing? Aart Jan’s pincode stond op het bonnetje!! Nou ja!
Worden we in Nederland altijd ingepeperd dat je je pincode nooit ergens op moet schrijven of tegen iemand moet zeggen, zetten ze het daar gewoon op de bon!! We hebben het bonnetje natuurlijk zorgvuldig vernietigd.
Toen we even later de excursie gingen maken met de andere Nederlanders, bleken er meer mensen te moeten pinnen. Natuurlijk waarschuwden wij ze uitgebreid: pas op, neem het pinbonnetje mee, want je pincode staat erop!
Een paar minuten later kwamen onze medereizigers terug: “Onze pincode staat helemaal niet op het bonnetje!”.
Wij bestudeerden natuurlijk meteen de bonnetjes en inderdaad: op alle bonnetjes stond hetzelfde nummer… de pincode van Aart Jan!
Waarschijnlijk was dit het nummer van de pinautomaat.
Met veel plezier en een goed verhaal rijker, vervolgden wij onze reis naar de Chinese Muur. In een busje vol Nederlanders die nu de pincode van Aart Jan wisten…
Heerlijk om weer even terug te denken aan deze fantastische reis. Voor ons de eerste grote reis die we maakten, gevolgd door vele anderen. De reis waar onze passie voor fotografie ontstond door het aanstekelijke enthousiasme van een reisgenootje;-).
Superleuk dat we elkaar geïnspireerd hebben! En natuurlijk dat we nog steeds contact hebben. :-)
3712?